Ontleedkundige studien over de aderlijke bloedvaten in den gezonden toestand / door Dr. J. M. Schrant.

  • Schrant, Johannes Matthias, 1783-1866.
Date:
[cbetween 1800 and 1899?]
Catalogue details

Licence: Public Domain Mark

Credit: Ontleedkundige studien over de aderlijke bloedvaten in den gezonden toestand / door Dr. J. M. Schrant. Source: Wellcome Collection.

Provider: This material has been provided by The University of Glasgow Library. The original may be consulted at The University of Glasgow Library.

    19/48 (page 17)
    oorsprong vut vezelcellen die men dan ook daarnevens in den aderwand aantreft. Volgens iienle zouden zij onmid- dellijk uit een vast blasteem ontstaan, wat wij uit onze boven gegevene waarneming van het splijten van een vast laagje tot banden, voor sommige gevallen, insgelijks zouden willen besluiten, indien ons niet nog eenigc twijfel overbleef aangaande de identiteit van genoemde kernlooze banden en de kernhoudende vezeleellcn. Beiden kunnen :dch evenwel tot bindweefsel splitsen. Volgens sciiultze bestaat er een chemisch verschil tusschen de organische spiervezels der bloedvaten en die in andere deelen. De eerste zouden be- halve proteïne, ook veel caseïne opleveren Den jongstcn vorm der vezelcellen krijgt men in den ader- wand min of meer zeldzaam te zien, en cr behoort eenige oefening toe om ze waar te nemen. Het zijn korrelige op- hoopingen van vrijliggende of door een uiterst teeder, naauwsluitend cclvliesje omgevene kernen. Gemakkelijker vindt men de verder ontwikkelde vezelcellen, die rond of meestal spoelvormig verlengd zijn en aan beide kanten spits uitloo- pen. Zij bevatten 'een helderen inhoud, zijn min of meer plat, naar mate zij verlengd zijn, hoewel nooit zoo plat als de verlengde epitheliumccllen. Azijnzuur doet ze terstond verbleeken en verduidelijkt de kernen, die bij de verlengde cellen insgelijks langer zijn geworden *). Tot nog toe spraken wij alleen van de organische spier- vezels der aderen, die in meest alle groote stammen voor- komen ; wij moeten evenwel ook nog vermelden, dat in sommige gedeelten der groote aderlijke vaten, en wel in de nabijheid van het hart, ook ware, dwarsgestreepte, animale spiervezels voorkomen. Zoo vindt men zo in de V. cava superior tot aan dc inmonding der subclavia, in • )■ Zie fig. 20 b. REtciiERT en jaesche honden deze vezelcellen voor afge- scheurde stukjes van epithellumvliezcn! Zie müller's Arch. Jahrsber. over 1848, S. 40. De kernvezels zien zij voor plooijen aan!! Het verwaarloozen van microclit'- misch onderzoek kan alleen tot zoodanige dwaling aanleiding geven. 1. 1., p. 21. 3) DoNDEES en jansen stelden vroeger als onderscheidingskenmerk voor die der arteries meerdere veerkracht en broosheid, meer gladde, glinsterende op- pervlakte en meer donkere randen; hare meerdere verblceklng hij inwerking van azijnzuur; doordien /ij 1 ij koking schijnen lijm te sreven. 1. 1., jiag. 490.